Overzicht kengetallen
Het betreft de volgende kengetallen, die voor 2021 gebaseerd zijn op de voorziene balans met ingang van 31 december 2021. In kleur is de norm aangegeven uit het Gemeenschappelijk Financieel Toezichtkader (GTK 2020 Gemeenten) dat door de provincie wordt gehanteerd voor het interbestuurlijk toezicht.
Groen: voldoende
Oranje: matig
Rood: onvoldoende
Kengetal | Signaleringswaarden Provincie | Rekening | Begroting | Begroting | Meerjarenbegroting | ||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
minst risicovol | neutraal | meest risicovol | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | |||||||
Netto schuldquote | <90% | 90-130% | >130% | 35% | 67% | 75% | 77% | 77% | 71% | ||||||
Netto schuldquote, gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen | <90% | 90-130% | >130% | 33% | 66% | 74% | 76% | 76% | 70% | ||||||
Solvabiliteitsratio | >50% | 20-50% | <20% | 42% | 32% | 28% | 26% | 25% | 24% | ||||||
Grondexploitatie | <20% | 20-35% | >35% | 4% | 1% | 5% | 4% | 3% | 1% | ||||||
Structurele exploitatieruimte | >0% | 0% | <0% | -0,6% | 0,6% | -4,1% | -3,0% | -1,1% | 0,2% | ||||||
Belastingcapaciteit | <95% | 95-105% | >105% | 109% | 113% | 117% |
Netto schuldquote en netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
Het kengetal 'netto schuldquote', ook wel 'netto-schuld' geeft aan hoe groot de schuldenlast is ten opzichte van de eigen middelen of baten. Deze verhouding zegt het meest over de financiële vermogenspositie van de gemeente. Het geeft aan of er investeringsruimte is of niet. Ook zegt de netto schuldquote iets over de flexibiliteit van de begroting. Hoe hoger de schuld is hoe meer kapitaallasten er zijn (rente en aflossing), waardoor een begroting minder flexibel wordt. De netto schuldquote geeft daarmee een aanwijzing over de druk van de rentelasten en de aflossingen op de exploitatie. Een hoge schuld kan echter ook worden veroorzaakt doordat er leningen zijn afgesloten, die vervolgens worden doorgeleend aan instellingen, die op hun beurt weer jaarlijks aflossen. Om inzicht te krijgen in de mate waarin sprake is van doorlenen, wordt de netto schuldquote zowel in- als exclusief doorgeleende gelden weergegeven (netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen).
De stijging van 2021 (en 2020) ten opzichte van de ratio uit de Jaarstukken 2019 komt doordat de verwachting is dat er aanvullende financiering wordt aangetrokken als gevolg van de investeringen uit het meerjareninvesteringsplan uit deze begroting.
Verhouding tussen vreemd en eigen vermogen (solvabiliteitsratio)
De 'solvabiliteitsratio' geeft de mate aan waarin de gemeentelijke bezittingen zijn betaald met eigen middelen. Anders gezegd: het aandeel van het eigen vermogen in het totale vermogen. Hoe hoger de verhouding eigen vermogen ten opzichte van het totale vermogen is (het financiële kengetal solvabiliteitsratio) des te gezonder de gemeente is.
Het provinciaal toezichtskader op gemeenten geeft aan dat wanneer 50% van het totaal vermogen uit eigen vermogen bestaat, de gemeente in de categorie 'minst risico' valt. Is het kengetal voor solvabiliteit kleiner dan 20%, dan is er veel vreemd vermogen aanwezig, wat wordt aangeduid als 'meest risico'. Neder Betuwe heeft een solvabiliteitsratio voor 2021 tot en met 2024 van 28% aflopend naar 24%. De forse daling ontstaat door de onttrekkingen uit de algemene reserve op basis van de besluitvorming door de Raad voor de (incidentele) uitgaven in 2020 en 2021.
Grondexploitatie
Het kengetal 'grondexploitatie' geeft aan hoe groot de grondpositie (boekwaarde) is ten opzichte van de jaarlijkse baten. Wanneer een gemeente grond tegen de veel lagere prijs van landbouwgrond heeft aangekocht, loopt ze veel minder risico dan wanneer er dure grond is aangekocht en de vraag naar woningen is gestagneerd.
Het bepalen van een norm voor het kengetal 'grondexploitatie' is lastig. De boekwaarde van de gronden in bezit zegt namelijk niets over de relatie tussen de vraag en het aanbod van woningbouw of bedrijventerrein. Maatwerk is hiervoor nodig. Dat wil onder andere zeggen: hoeveel woningen of bedrijventerrein zijn er gepland, van welk type en op welke plek? Daarnaast is het van wezenlijk belang wat de te verwachten vraag is. Dit vergt meer onderzoek dan naar voren komt in het genoemde kengetal. De boekwaarde van de gronden geeft wel weer of een gemeente veel middelen heeft gestopt in haar grondexploitatie. Dit geld moet namelijk terugverdiend worden. Om deze reden is er geen norm verbonden aan het kengetal grondexploitatie. Dit kengetal neemt de komende jaren af in verband met afwikkelingen van diverse grondposities.
Structurele exploitatieruimte
Het kengetal 'structurele exploitatieruimte' geeft aan hoe groot de structurele vrije ruimte binnen de begroting is. Daarnaast geeft dit kengetal aan of de gemeente in staat is om structurele tegenvallers op te vangen dan wel of er nog ruimte is voor nieuw beleid. Als gevolg van de bezuinigingsmaatregelen en het behoedzame begrotingsbeleid ontwikkelt het saldo van de structurele baten en lasten zich positief.
Om voor de categorie 'minst risico' in aanmerking te komen dient dit percentage hoger te zijn dan nul. In het begrotingsjaar 2021 en de twee opvolgende jaren is dit kengetal negatief. De structurele lasten zijn in deze jaren hoger dan de structurele baten. De ingezette ombuigingen uit de Kadernota 2021-2024 maken dat het laatste jaar (2024) een positief structureel saldo laat zien. Het ingezette heroverwegingsproces richting de Kadernota 2022-2025 moet zorgen voor herstel van het structureel begrotingsevenwicht.
Belastingcapaciteit
De belastingcapaciteit geeft inzicht in de mate waarin een financiële tegenvaller in het volgende begrotingsjaar kan worden opgevangen en of er ruimte is voor nieuw beleid. Om deze ruimte weer te kunnen geven, is deze gerelateerd aan de hoogte van de gemiddelde woonlasten (OZB, rioolheffing en reinigingsheffing). De definitie van het kengetal is: Woonlasten van een meerpersoonshuishouden in jaar t (het begrotingsjaar) ten opzichte van het landelijk gemiddelde in jaar t-1 (het jaar vóór het begrotingsjaar) uitgedrukt in een percentage.
De lokale lastendruk in Neder-Betuwe, afgezet tegen het landelijk gemiddelde van 2020, betekent een norm van 117%. Anders gezegd: de belastingdruk in Neder-Betuwe is 17% hoger dan het landelijk gemiddelde. Wanneer deze ratio wordt afgezet tegen het gemiddelde van gemeenten < 25.000 inwoners is het kengetal 109%. Dit kengetal is niet meerjarig doorgerekend, omdat de ontwikkeling in de lastendruk niet voorhanden is.
De ruimte die een gemeente heeft om zijn belastingen te verhogen, wordt vaak gerelateerd aan de totale woonlasten. Het COELO publiceert deze lasten ieder jaar in de Atlas van de lokale lasten. Onvoldoende (de rode gebieden in de tabel) wil zeggen, dat Neder-Betuwe een hogere belastingdruk kent dan gemiddeld en niet of nauwelijks ruimte heeft om tegenvallers via belastingheffing op te vangen.
Beoordeling kengetallen
Uit de netto schuldquote blijkt dat onze financieringspositie gunstig is. Dit betekent dat onze schuldenlast relatief beperkt is en wij goed aan onze verplichtingen van rente en aflossing kunnen voldoen. Neder-Betuwe gaat de komende jaren fors investeren, wat leidt tot een toename van de verhouding netto schuldquote.
De ontwikkeling van de solvabiliteit en de structurele exploitatieruimte laten zien dat de financiële positie van Neder-Betuwe onder druk staat. De structurele lasten zijn groter dan de structurele baten die hier tegen over staan. Dat resulteert in een negatief kengetal voor de structurele exploitatieruimte. Hierdoor wordt de komende jaren ingeteerd op de reservepositie van de gemeente waardoor de solvabiliteit daalt.
Het ingezette heroverwegingsproces richting de Kadernota 2022-2025 moet zorgen voor het verbeteren van de financiële positie van de gemeente Neder-Betuwe.